Volg onze bezigheden nu ook via Google+

Gaandeweg ontdekten we dat we minder frequent de blog bijhouden. Dit heeft te maken met de routine van ons dagelijkse leven. Hoeveel Nederlanders schrijven over hun dagelijkse leven? Toch vinden we het belangrijk om kleine en grote dingen te delen. De grote dingen zullen we op deze blog blijven schrijven, maar voor de meer kleinere dingen maken we gebruik van Google+. Wie geïnteresseerd is kan mij een E-mail sturen, waarna je een uitnodiging ontvangt om op die manier ons te volgen.
Aanmelden voor Google+ kan ook via deze link: Google+ aanmelden.

dinsdag 30 augustus 2011

Informatie avond over Urban Mission

Afgelopen maandagavond 29 augustus 2011 hadden we een urban mission avond in Durban georganiseerd. Deze avond was een eerste trainingsavond waarvoor we mensen uitnodigden van zowel de Afrikaans sprekende kerken als van isiZulu sprekende kerken. Een gemengde club dus. Het was een avond waarop deelnemers kennis konden maken met het begrip ‘zending in de stad’. Omdat dit de eerste keer was, waren we niet alleen benieuwd naar de opkomst, maar ook naar het verloop van de avond.

Vooraf had ik mezelf drie doelen gesteld. Als eerste wilde ik urban mission introduceren aan mensen die (mogelijk) betrokken gaan worden bij ons initiatief in de metropool Durban. Daarnaast wilde ik deze mensen stimuleren om een eigen mening te vormen doormiddel van gespreksgroepjes. Als laatste, maar niet de minste, wilde ik graag werken aan een integrale samenwerking tussen christenen van verschillende culturele achtergrond.


Nog voordat de avond begon had ik al een ‘Havenkerk’ gevoel (in Nederland was ik betrokken bij een gemeentestichtingsinitatief in Den Haag, de Havenkerk). Niet zozeer om de sfeer, maar om het pionieren. Je zet namelijk iets op, maar je weet niet hoe dat gaat uitpakken. Wie krijg je in huis? Hoe reageert men op elkaar? Bij de start is er nog geen team waarmee je samenwerkt. Dus veel dingen moeten spontaan aangepakt worden en dat geeft een stukje ongeregeldheid (ik druk het voorzichtig uit). Als initiatiefnemer ben je een praktisch middelpunt en in een zekere zin, past zo’n rol goed bij mij. Helaas had dit wel één nadeel: in no-time dook mijn glucose niveau (diabetes) naar een diepte punt… Lastig, maar niet minder leuk.


Na een ietwat chaotische aanloop ben ik de avond begonnen met een lezing over urban mission. Tijdens deze lezing sprak ik over de rol van de stad in de Bijbel en in de maatschappij. Aan de ene kant kunnen we veel leren van het Bijbelse perspectief op de stad en aan de andere kant zijn de resultaten uit sociologische en antropologische onderzoeken relevant voor een kerk in de stad.

Daarna sprak ik kort over het verschil tussen een kerk en een stadskerk. Doorgaans worden kerken in plattelandsgebieden en in buitenwijken gekenmerkt door homogeniteit. Een stadskerk wordt echter gekenmerkt door diversiteit. Urban Mission richt zich op de inwoners van de stad en wordt daardoor beïnvloed. Het is van belang om vooraf bewust te zijn welke consequenties dat met zich meebrengt.


Tot slot sprak ik over de inhoud van deze kenmerken van een kerk in de stad. Dit met het oog op: ‘Hoe kun je kerk in de stad zijn, zodat je aansluiting vindt bij de leefwereld van stadsmensen. Bijvoorbeeld: wanneer je te maken krijgt met mensen van verschillende culturen. Dan zul je rekening moeten houden met spanningen. Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is, wat betekent dat mensen hun eigenheden (meestal vanuit hun cultuur) in de kerk meebrengen. Een stadskerk moet hierop voorbereid zijn door gemeenteleden hierbij te begeleiden.

Na een korte pauze werden de deelnemers in kleine (gemengde) groepen verdeeld en konden ze kiezen uit drie vragen (het kiezen van een vraag is op zich al een oefening!):
– Hoe kijk je tegen urban mission aan?
– Hoe kun je urban mission in je eigen situatie relevant maken?
– Wat zou een goede ‘follow-up’ (m.b.t. urban mission) kunnen zijn?


Tot mijn blijdschap sloegen deze gesprekken goed aan. Dit betekende dat mensen hun opgedane kennis en hun verlangen in de discussies inbrachten. We sloten de avond af met samenvattingen van wat er in de groepjes besproken was. Het was aardig om te horen wat mensen die avond hadden opgepikt. Uit elk groepje kwam wel iets van de lezing terug, bemoedigend.


Na de afsluiting merkte ik dat mensen bleven hangen en napraten. Dit is opmerkelijk, omdat we dit niet gewend zijn. Hier ‘socialisen’ mensen vooraf (aan het begin van de avond), want zodra de avond ten einde wil men zo snel als mogelijk ‘veilig’ naar huis. Voor mij was dit een signaal dat ik m’n doelstellingen ruimschoots gehaald had. Iets om dankbaar voor te zijn.